De volledig naadloze gietvloer verschijnt steeds vaker in woningen en openbare gebouwen. Was het marktaandeel in 2000 nog slechts 0,5%, in 2011 is dat opgelopen tot 4% van alle vloeren. Het is daarmee in aandeel vergelijkbaar met parket. De meeste gietvloeren worden gemaakt van aardolie. Senso is de eerste onderneming die de overstap maakt naar plantaardige oliën, waardoor haar vloeren geheel vrij zijn van schadelijke stoffen. Senso ontvangt daarvoor nu erkenning in de vorm van twee certificaten.
Groen label
Het Europees toonaangevende Duitse AgBB en het internationale Ecospecifier waarderen de producten van Senso met de erkenning dat deze vrij zijn van schadelijke stoffen en ecologisch en gezondheid bevorderende eigenschappen hebben. Bij de huidige gietvloeren, gemaakt van op aardolie gebaseerde epoxy en polyurethaan is er sprake van uitwaseming van vluchtige organische stoffen (volatile organic compounds (VOC)). Deze VOC’s wasemen uit direct na applicatie en vervolgens in lagere concentraties over de levensduur van het product. VOC’s in de lucht kunnen zich vertalen in hoofdpijn, prikkelende ogen en verminderd slaapcomfort voor de gebruiker. Senso’s producten zijn gegarandeerd vrij van VOC’s. Bovendien zijn ze, als extra voordeel, ook geheel vrij van zware metalen als chroom, lood en zink.
Luchtvervuiling in huis
We verblijven het grootste deel van de dag, ongeveer 20 uur, binnenshuis. De luchtkwaliteit van die ruimtes is daarom van groot belang. Volgens de Amerikaanse Gezondheidsorganisatie EPA kan de lucht binnenshuis soms vijf maal vuiler zijn dan buitenshuis. Enerzijds door het gedrag en gewoontes van de gebruikers, anderzijds door de materialen en producten gebruikt in gebouwen. VOC’s zijn de belangrijkste luchtvervuilers. Juist nu onze huizen steeds beter geïsoleerd worden, wordt dit probleem verergerd omdat frisse lucht van buitenaf niet meer naar binnen kan. Om die reden worden producten met een (zeer) lage uitstoot steeds belangrijker. Regelgeving op dit niveau kwam jarenlang slechts langzaam op gang. In enkele landen en op Europees niveau wordt nu hard aan regelgeving gewerkt, waardoor veel bouwproducten die niet aan de richtlijnen voldoen niet meer toegepast zullen mogen worden. Het AgBB wordt in Europa als belangrijkste gezien, onder andere omdat het instituut het enige is dat niet op vrijwillige basis maar overheid gecontroleerd en gesanctioneerd is.
